De meelworm wordt gekweekt op een mengsel van tarwe, tarwezemelen en groenten, zonder toevoeging van enige groeipromotor of chemicaliën.
De meelworm leeft in de natuur van vermolmd hout, maar ook van o.a. tarwemeel waardoor hij een plaag kan zijn voor graan- en meelverwerkende bedrijven. De meelworm wordt wel gevoerd aan in gevangenschap gehouden geleedpotigen als vogelspinnen, schorpioenen en bidsprinkhanen. Ook aan insectenetende vogels, verschillende reptielen en sommige vissen kan de meelworm worden aangeboden. Lang niet alle soorten vogels, reptielen en vissen verdragen echter de relatief harde bepantsering die veel chitine bevat.